CranioSacraal Therapie

De CranioSacraal therapie is ontstaan uit de Osteopathie en gaat er vanuit dat het lichaam een eenheid is. Alle structuren in het lichaam zijn direct of indirect met elkaar verbonden door het bindweefsel (fascie).

Het bindweefsel geeft stevigheid en bescherming, maar zorgt ook voor beweeglijkheid. Om te kunnen leven moeten we vrij kunnen bewegen. Weefsel wat in beweging is laat geen ziekte toe.

De naam van de therapie is ontleend aan de beenderen die samen met de wervelkolom het zenuwstelsel omgeven. De Latijnse benaming voor het Cranium is de schedel en het Sacrum staat voor het heiligbeen. Al sinds mensenheugenis wordt aangenomen dat de schedel één hard bot is, waarin geen beweging mogelijk is. Begin jaren zeventig ontdekte de Amerikaanse osteopatisch arts John E. Upledger tijdens een operatie een ritmische beweging van een toen nog onbekend lichaamssysteem: het CranioSacraal systeem. Deze ritmische beweging noemde hij later het CranioSacraal ritme.

Zoals bekend is de schedel opgebouwd uit diverse botstukken, de ruimte die we voelen tussen deze botstukken bij baby’s worden fontanellen genoemd. Naarmate de baby ouder wordt sluiten deze fontanellen. Met elektronisch microscopisch onderzoek tussen de schedelnaden is geconstateerd dat de ruimte tussen de diverse schedel botstukken niet, zoals men aanvankelijk had verwacht, uit botweefsel bestaat maar uit losmazig bindweefsel.

Kortom een bindweefsel structuur die beweging toelaat. Al zijn deze bewegingen heel klein, ze zijn wel essentieel en functioneel.

Daar maken we dan als behandelaar gebruik van. Middels hele zachte manuele technieken kunnen we zodoende invloed uitoefenen op het CranioSacraal systeem.

Ons lichaam is slimmer dan we misschien denken: het is in staat om zichzelf te herstellen! Door bijvoorbeeld een ongeluk, ziekte, een operatie, stress of verkeerde voeding kan het zelfregulerend vermogen van het lichaam verzwakt zijn. De CranioSacraal Therapeut heeft vaak maar enkele behandelingen nodig om de motor van het zelfherstellend vermogen weer op gang te brengen. Hierdoor lossen beperkingen in de weefsels zich uiteindelijk weer op, worden blokkades bewust en ankers weer zichtbaar waardoor je vrijer en lekkerder in je vel komt te zitten.